NAAST HET PAD
English below
Beste mr. Hofstede,
Het is langzaam lente aan het worden. De lege ruimten tussen de boomstammen en takken worden ingevuld met het frisse groene blad van de onderbegroeiing. Afgezaagde takken, dood aangevreten hout, boomstobben, omgevallen bomen, opgeworpen wortelkluiten, het kerkhof aan dood hout dat de boswerkers achterlieten, kan zich straks verschuilen achter jong groen loof. Het dode bos verdwijnt naar de achtergrond en nieuw leven zal onze aandacht vragen.
Nog even en de rabatten, de kleine bospercelen afgescheiden door greppels, zullen aan het oog onttrokken zijn. Het onderwerp van mijn onderzoek zal verscholen onder het groen nog moeilijker zichtbaar zijn dan het al was.
Meneer Hofstede, ik had een gesprek met een voormalig directeur Bos en Plantsoen, Joop Leene, over het onderhoud en nut van de rabatgreppels in het Asserbos. Hij was in de periode tussen 1963 en 1991 verantwoordelijk voor uw aangeplante bos. We bespraken het watervasthoudend vermogen van rabatten en de mogelijke bijdrage die de rabatgreppels zouden kunnen leveren aan de droge toekomst van het Asserbos. Ons gesprek ging ook over de waterhuishouding, stormschade, natuurlijk beheer en over de ongeduldig mens die belast met een korte levenscyclus niet op de traagheid van de natuur kan wachten.
Mensen zijn geneigd zich eerder zorgen te maken over de conditie van de bospaden, zegt Joop Leene, dan dat ze zich bekommeren over de cultuur historische of ecologische waarden van het bos. Mensen kiezen vaak de korte route, zijn resultaat gericht en gedreven door economische vooruitzichten. De natuur bewandeld deze paden niet. De natuur bevindt zich naast het pad!

BESIDE THE PATH
Spring is slowly approaching. The empty spaces between the tree trunks and branches are being filled in with the fresh green leaves of the undergrowth. Branches that have been cut off, dead wood that has eaten away, stumps, fallen trees, root balls that have been thrown up, the graveyard of dead wood that the loggers left behind can soon hide behind young green foliage. The dead forest will fade into the background and new life will demand our attention.
Soon the rabbets, the small plots of woodland separated by ditches, will be hidden. The subject of my research, hidden under the greenery, will be even more difficult to see than it already was.
Mr. Hofstede, I had a conversation with a former Forest and Parks Director, Joop Leene about the maintenance and usefulness of the rabbet trenches in the Asserbos. He was responsible for your planted forest in the period between 1963 and 1991. We discussed the water holding capacity of rabbet trenches whether they could possibly contribute to the dry future of the Asserbos. Our conversation also covered water management, storm damage, natural management, and the impatient human being burdened with a short life cycle who cannot wait for the inertia of nature.
People tend to be more concerned about the condition of forest trails, says Joop Leene, than they are about the cultural historical or ecological values of the forest. People often take the shortcut, are result-oriented and driven by economic prospects. Nature does not walk these paths. Nature is beside the path!